Willem van den Blocke (Mechelen, ca. 1550-Gdansk, ca. 1628)
Willem van den Blocke behoorde tot het kransje Mechelse beeldhouwers dat actief was in de Baltische regio. Hij was samen met Robert Coppens een leerling in het atelier van zijn vader François. Zijn verdere training doorliep hij in Antwerpen bij Cornelis Floris de Vriendt. In zijn studio werkte van den Blocke samen met stadsgenoten Robert Coppens en Gert van Egen. Een commissie van Albrecht II Frederik, de graaf van Pruisen, ca. 1570 dwong van den Blocke en enkele collega’s te verhuizen naar Kaliningrad (Königsberg). Ongeveer gedurende twaalf jaren werkte hij sporadisch in opdracht van de graven van Pruisen en vestigde hij zich als de grootste beeldhouwer van de regio. Vanaf 1582 woonde hij in Gdansk (Danzig) en produceerde hij onder andere grafmonumenten en beelden voor de koning van Polen Stefanus Bathory en diens opvolger en koning van Zweden Sigismund III Vasa. Daar werkte hij ook even samen met een andere Mechelaar, Anthonis van Obbergen. Zijn oudste zoon Abraham volgde in zijn voetsporen en had ook bouwkundige interesses. Ten slotte stierf Willem van den Blocke iets voor 1628.